Introductie Omgevingswet uitgesteld, ‘terwijl we gewoon kunnen starten’

Gepubliceerd op 21 februari 2022

Minister De Jonge van Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening vindt het niet verantwoord om de Omgevingswet al op 1 juli a.s. in te voeren. Voor Bart van de Bovenkamp had het uitstel niet gehoeven. “Als we nu met die nieuwe wet beginnen, vinden we ongetwijfeld manieren om met de uitdagingen te werken”, aldus de omgevingsmanager van Omgevingsdienst IJmond (ODIJmond).

Bart van de Bovenkamp mogen we een ervaren kracht van de ODIJmond noemen. Nadat de afgestudeerd bioloog in 2006 met de opleiding tot milieu-inspecteur startte, houdt hij zich sinds 2016 bezig met de naderende - maar ook al vaker uitgestelde - implementatie van de Omgevingswet.

Van 26 wetten naar één: versimpelen van vergunningverlening

“De overheid is al jaren bezig om 26 bestaande wetten en meer dan honderd regelingen samen te voegen. In deze nieuwe Omgevingswet vind je straks alle verzamelde wetten die betrekking hebben op de fysieke leefomgeving. Waarbij de wetgeving over water, milieu en ruimtelijke ordening de belangrijkste zijn”, legt Bart uit.

Het doel van de Omgevingswet is om de vergunningverlening en de bijbehorende besluitvorming te versimpelen. “Maar ook om een gedragsverandering te realiseren bij overheden. We moeten meer gaan doen om nieuwe ontwikkelingen mogelijk te maken. In plaats van uit te gaan van redenen waarom iets níet kan”, weet Bart.

Verantwoordelijkheid meer bij initiatiefnemer

In de Omgevingswet zal er bij een vergunningsaanvraag meer verantwoordelijkheid worden gelegd bij de initiatiefnemer. “Die moet dan zorgen dat de afstemming met omgeving, de zogeheten participatie, op orde is. Nu doet de gemeente dat. Wil jij een woning bouwen? Dan ga je zelf met de buurt praten en met toekomstige buren in gesprek over jouw plan. Dat vind ik een goede ontwikkeling. Het is nu namelijk wat vreemd: het kan gebeuren dat jij een vergunning aanvraagt, maar dat de gemeente vervolgens voor de rechtbank terechtkomt om zich te verantwoorden waarom ze die verleend hebben.”

Cursussen en trainingen aan gemeenten en eigen collega’s

In 2017 is Bart samen met collega Michel van Tunen en directeur Bert Pannekeet begonnen om alle ODIJmond-medewerkers een introductietraining te geven in wat de nieuwe Omgevingswet zou gaan inhouden. “We dachten toen nog dat in 2018 de wet in werking zou gaan. Bovendien hebben we cursussen en presentaties aangeboden bij de gemeenten in ons werkgebied. Dit hebben we gedaan omdat gemeenten in de nieuwe situatie bij bouw- en milieuzaken lokaal hun eigen regels moeten gaan opstellen. Dat is tot nu toe op Rijksniveau geregeld”, vertelt Bart. “Ook hebben we voor gemeenten een Omgevingstafel georganiseerd. Dat heeft ervoor gezorgd dat er bij lokale overheden gezamenlijk basiskennis over de Omgevingswet is opgedaan. Tot slot heb ik in 2021 samen met zeven andere trainers alle 130 collega’s van ODIJmond getraind. Zodat zij, afhankelijk van hun werk, alle relevante milieuregels kennen.”

"Uitstel is in principe niet nodig"

De Omgevingswet zou komende zomer, 2022, eindelijk worden ingevoerd. Omdat minister De Jonge vindt dat de stabiliteit van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (SDO) verder verbeterd moet worden, wordt de inwerkingtreding uitgesteld naar 1 oktober 2022 of wordt het zelfs begin 2023. “Wat je startmoment ook wordt, je zult altijd stuiten op dingen die niet duidelijk zijn of niet meteen honderd procent werken”, ervaart Bart. “Wat mij betreft beginnen we 1 juli. Pas als je ermee start, ga je fouten ontdekken. Dat is niet erg. Dan gaan we namelijk gewoon manieren vinden om samen met gemeenten en andere overheden en inwoners en bedrijven tot oplossingen te komen.”